woensdag 10 juni 2015

Kinrooi België: Vogelkijkhut Zig

Zig en Goort ligt tussen Kinrooi en Molenbeersel. Laat je verrassen door het afwisselende landschap tussen Abeek en Lossing. Bosjes, weilanden en akkers, laagveenmoerassen, maar vooral 17 ha vijvers met rietkanten en moeraszones maken dit gebied uitermate aantrekkelijk. De Zig was ooit onderdeel van een uitgestrekt moerasgebied langs de Belgisch-Nederlandse grens.


Limburgs Landschap, de Vlaamse Landmaatschappij en de gemeente Kinrooi hebben met gebundelde krachten het vijvergebied tussen Abeek en Lossing in ere hersteld nadat het in de jaren ’50 van de vorige eeuw was drooggelegd en beplant met populieren. Vanuit de nieuwe vogelkijkhut aan de rand van het gebied maak je kans om één van de bewoners zoals waterral, blauwborst, sprinkhaanrietzanger of, in de toekomst, visarend, roerdomp en woudaapje te ontdekken. Maar ook voor libellen zoals de smaragdlibel en de metaalglanslibel is de Zig een waar paradijs.

Vanaf de parkeerplaats aan de Doorslagstraat te Molenbeersel (Kinrooi) begint de wandelroute. Wie de kortste en de directste route wil volgen parkeert z'n auto aan de N762 (van Molenbeersel naar Kinrooi), bij of in de buurt van 't Vita-Mientje aan de Weertersteenweg 320 langs de N762. Vandaar wandelt u een klein stukje zuidwaarts richting Kinrooi, en sla rechts af over het pad voorbij de brug.


Lauwersmeer: Jaap Deensgat

De vogelkijkhut aan het Jaap Deensgat van het Lauwersmeer heeft een afgeschermd looppad, weerszijde geflankeerd door rietwanden. Zo kan men ongestoord de kijkhut bereiken. De polder is niet toegankelijk voor publiek, maar vanaf de ventweg tussen Lauwersoog en Anjum is de polder goed te overzien en verstoort u de vogels niet.

De kijkhut heeft een afgeschermd looppad

Bij het horen van de naam Lauwersmeer, de wildernis op de grens van Groningen en Friesland, beginnen vogelkenners al te watertanden. In dit gebied van water en eilandjes en ruige graslanden broeden ruim honderd vogelsoorten en overwinteren elk jaar tienduizenden ganzen.

In de Bantpolder, onderdeel van het Lauwersmeergebied, overwinteren duizenden kol-, grauwe en brandganzen. In het voorjaar broeden hier grutto en tureluur. Vorig jaar broedde er zelfs een zeearend.

Ook een fijne plek om vogels te spotten is de populaire vogelkijkhut bij het Jaap Deensgat waar soms honderden lepelaars ‘lepelen’ naar kleine visjes. Porseleinhoen, roerdomp en allerlei trekvogels en dwaalgasten worden hier gezien.

In de omliggende rietlanden kunt u karekieten, rietzangers en rietgorzen verwachten.


dinsdag 9 juni 2015

Lommel België: Sahara

De Lommelse Sahara is een zand- en duinlandschap met een grootte van 193 hectare in de Belgische gemeente Lommel. In het midden ligt een meer en rondom vindt men naaldbossen. Dit landschap behoort tot het Regionaal Landschap de Lage Kempen. De Lommelse Sahara is gelegen in de onmiddellijke omgeving van het Kempisch kanaal waarover de voetgangersbrug een poort tot dit zanderig gebied vormt.


Dit natuurgebied met vele mogelijkheden tot wandelen en fietsen is ontstaan door menselijke activiteiten. Zo ontstond het meer door zandwinning tussen 1920 en 1925 en zorgde de uitwaseming van de vroegere zinkfabriek van Lommel-Werkplaatsen er tussen 1902 en 1940 voor dat alle groene beplanting verdween. Het resultaat was 350 hectare dor landschap bedekt met wit zand.

Om verdere uitdeining te voorkomen, werd na de Tweede Wereldoorlog naaldbebossing aangelegd. Met behulp van hagen van sprokkelhout (zogenaamde 'mutsaards') werd het proces van complete verzanding voorkomen. Hierdoor werd het zandgebied in omvang tot de huidige 193 hectare teruggedrongen. Heden ten dage staat het gebied bekend om de talloze watervogels en de exotische verwilderde zwarte zwanen.

De Lommelse Sahara werd in 2005 uitgeroepen tot één van de "Allermooiste plekjes van Vlaanderen". Voorts vormt de Lommelse Sahara het decor van enkele films waaronder Frits en Freddy en Frits en Franky. Tevens is het gebied geliefd als spellocatie voor de jeugdverenigingen van Lommel-centrum, die hun lokalen hebben in de Nieuwe Kopen, op enkele honderden meters van de Sahara. Deze verenigingen zijn Scouting St.-Pieter Lommel, Chiro Lommel-centrum, KSA Lommel-centrum en VKSJ Lommel-centrum.


In het najaar van 2014 werd gestart met de bouw van een uitkijktoren. De bouw van een dertig meter hoge uitkijktoren in het Lommelse natuurgebied De Sahara loopt vertraging op. De gemeente had de bouw in april willen aanbesteden, maar is nog steeds bezig met het bestuderen van de offertes van aannemers. De Sahara is een trekpleister voor wandelaars, natuurliefhebbers en andere recreanten. De toren komt er aan een waterplas te staan en krijgt drie platforms binnen gevels van touw. Het bouwwerk gaat volgens de plannen 342.000 euro kosten.




Liempde kijktoren 't Meulke'

Een ‘traagstromende laaglandbeek’ doet je hart sneller kloppen. Dat is precies wat de Dommel doet. Ze haalt immers maar een snelheid van 0,5 meter per seconde, maar doet dat zo bevallig dat je er naar blijft kijken.


Uitzicht over een fraai geschakeerd landschap
De beemden aan de beek zijn als vanouds in gebruik als weiland. Populieren markeren er de perceelsgrenzen. Wat verder van de beek vandaan liggen eeuwenoude ‘bolle’ akkers. Er vindt biologische graanteelt plaats en dat is de reden waarom kwartel en patrijs hier nog broeden. Vanaf uitkijktoren ‘t Meulke aan de rand van Liempde heb je een goed uitzicht over dit fraai geschakeerde landschap.

Opmerkelijke anecdote
De hoeve het ‘Groot Duyfhuis’ is in miniatuur nagebouwd in Madurodam. De herenkamer en Vlaamse Schuur stammen uit de 16de eeuw, de vrijstaande duiventoren uit de 17de. Duiven werden gehouden voor het vlees en de mest en zaten in zo’n toren veilig voor natuurlijke vijanden als roofvogels, niet voor de steenmarter of ‘fluwijn’. Die is bij machte om een loodrechte stenen wand over een lengte van enkele meters te ‘nemen’. Hiertegen werd de ‘marterkraag’ uitgevonden: een kraag rondom de toren van in de breedte schuin omlaag stekende planken.

Ligging: tussen Kasteren (Liempde) en Sint-Oedenrode
Opmerkelijk: duiventoren met marterkraag

Voorzieningen
Uitkijktoren 't Meulke'
Parkeren in de berm aan de Meulekensweg

Algemeen
Oppervlakte: 276 hectare


Losser - vogelkijkhut Oelemars

Net buiten Losser, tegen de Duitse grens, ligt het natuurgebied de Oelemars. De Oelemars is vooral geliefd bij vogelliefhebbers. Deze vogels kunnen worden gespot vanuit een vogelkijkhut, die langs de Grensweg staat en de kijktoren langs de Ravenhorsterweg.

Kijkhut Grensweg, Losser

Net buiten Losser, tegen de Duitse grens, ligt het natuurgebied de Oelemars. Het is een gebied dat door de mens is gevormd. Ooit was het een hoogveenheidegebied, dat geleidelijk is gecultiveerd voor de landbouw en later voor de grootschalige zandwinning. Vrij recent is deze plas met omliggende gronden veranderd in een permanent natuurgebied, compleet met een aangelegd plas- en drasgebied, een speciale nestwand voor oeverzwaluwen en een observatiehut.

De vogelkijkhut is eigendom van de gemeente Losser en wordt beheert door de plaatselijke vogelwerkgroep. Voor de hut zijn slikveldjes aangelegd, waar u bijvoorbeeld meeuwen en steltlopers kunt zien. Op de looproute van de toren naar de kijkhut komt u langs een vlonder (zie foto hier onder waar ook de kijktoren op staat afgebeeld), waar u zicht hebt op een oeverzwaluwenwand. Er zijn 240 nestplaatsen in de kunstmatige wand, waarvan elk jaar ongeveer 40-55% bezet is.

Vlakbij het terrein staat een grote uitkijktoren met een uitzicht tot ver in Twente en Duitsland. Midden vorige eeuw werden bij afgravingen diverse prehistorische attributen gevonden, zoals pijlpunten en restanten van mammoeten.

Uitzichttoren en kijkplatform aan De Oelemars, Losser
Aan de Ravenhorsterweg in Losser, aan de noordzijde van de plas 'De Oelemars' staat een uitzichttoren. De toren staat ter hoogte van de zandafwinningsplas De Oelemars. Het is echt de moeite waard om naar boven te klimmen om de wijde omgeving te bekijken. Iets verder op aan de Ravenhorsterweg is een groot vlonderplateau aan de Oelemars gemaakt.

De kijktoren en de vlonder die vrij uitzicht geeft over de plas

De Oelemars is ook een belangrijk vogelgebied. Aangezien de gemeente Losser weinig open water kent, groeide de Oelemars al tijdens de ontginning uit tot een gebied met veel waterpartijen. Dat bleek aantrekkelijk voor vogels. In de afgelopen jaren zijn in dit gebied een kleine tweehonderd vogelsoorten gespot.


Kijkhut Grensweg, Losser


Kijktoren Ravenhorsterweg, Losser

Vlonder plateau aan 'De Oelemars', Ravenhorsterweg, Losser

Markiezaatsmeer, kijkhut en toren

Markiezaatsmeer, ten zuiden van Bergen op Zoom

Naast het bezoekerscentrum staat een uitkijktoren met fraai uitzicht over het gehele gebied. Tevens is er op 1 km afstand een vogelkijkhut gelegen. Markiezaat is een deel van de Oosterschelde dat in 1984 van de zee is afgesloten. Het is nu een zoetwater-moerasgebied. Grote zilverreiger, bergeend en klapekster behoren tot de bezoekers van het gebied.

Ligging: ten zuiden van Bergen op Zoom
Opmerkelijk: meeste soorten broedvogels van Nederland

De kijktoren geeft zicht op de weide aan het Markiezaatsmeer

Eeuwenlang lagen er aan de voet van de Brabantse Wal schorren en slikken. Ze stonden in direct contact met de zee. De aanleg van het Schelde-Rijnkanaal in 1984 maakte hieraan een einde. Een groot gebied veranderde langzaam in een zoetwatermoeras. Het ontwikkelde zich tot een ‘wetland’ van internationale allure, het belangrijkste in Brabant.

De Brabantse Wal is een in het grijze verleden door de oer-Schelde uitgesleten steilrand, een abrupte overgang van de hoger gelegen zandgronden naar de lager gelegen zeekleipolders. ‘De Wal’ slingert zich over een lengte van 25 km van Ossendrecht tot Steenbergen en bereikt plaatselijk hoogtes van meer dan 20 meter +NAP.

Kijkhut aan het Markiezaatsmeer

Bijzondere flora en fauna
Naast de lepelaar – het paradepaardje van dit vogelrijke gebied – broeden er nog zo’n 125 vogelsoorten. Deze rijkdom is te danken aan de afwisseling in landschappen: van open water via (riet)moeras, grasland en struweel naar bos. Runderen en IJslandse paarden zorgen er met hun vraat en tred voor, dat het gebied niet helemaal dichtgroeit. Op de laagste plekken vind je nog zoutminnende planten als zeeaster en lamsoor. Langs het pad naar de vogelkijkhut wemelt het in het voorjaar van de orchideeën.

Bezoekerscentrum 'De Kraaijenberg'
De afgelopen maanden is er hard gewerkt aan de verbouwing van ons bezoekerscentrum. Het resultaat mag er wezen: een prachtig gebouw met alle ruimte voor tentoonstellingen en voldoende faciliteiten als buitenlokaal voor schoolklassen uit de omgeving. Het bezoekerscentrum is vanaf nu geopend voor publiek op zondag en woensdag van 12.00 - 16.00 uur.

Daarom naar het Markiezaatsmeer
Weids wandelgebied met uitzicht op de steilrand van de Brabantse Wal
Belangrijkste Brabantse wetland met veel broedvogels en zeldzame planten als orchideeën
Lepelaarkolonie, zichtbaar vanaf de uitkijktoren in de maanden april tot en met september
Bezoekerscentrum met wisselende tentoonstellingen en natuurbioscoop
In de zomer activiteiten voor jong en oud, ook leuk voor een familiedag of kinderfeestje

Voorzieningen
Twee gemarkeerde wandelroutes (wit 1 km en geel 3 km)
Fietsroute 'Brabantse Wal'
Vogelkijkhut en uitkijktoren
Bezoekerscentrum de Kraaijenberg
Parkeerplaats Markiezaat Fianestraat 21, Bergen op Zoom

Algemeen
Oppervlakte: 1931 hectare
Alternatieve naam: Markiezaat

Markiezaat - Kijktoren


Markiezaat - Kijkhut

Middelbeers: Landschotse Heide

In het kader van de gebiedsontwikkeling Kleine Beerze zijn er recreatieve mogelijkheden gerealiseerd. Naast het fiets- rolstoelpad is in de Landschotse Heide een uitkijktoren gerealiseerd bij het Wit Hollandven nabij Middelbeers en Westelbeers. De uitkijktoren biedt schitterende vergezichten over de heide en haar vennen.

Aankondigingsbord 'de Landschotse Heide' aan het ven 'Wit Hollandven'

Kijktoren 'Wit Hollandven'

Kijktoren 'Wit Hollandven'

Kijktoren 'Wit Hollandven'

Bij de uitkijktoren staat een natuurlijke schuilhut inclusief picknickbank. In de uitkijktoren en de schuilhut zijn informatiepanelen geplaatst met daarop de geschiedenis en de dieren die voorkomen in dit gebied. Het gebied bestaat uit vochtige heide met daarin een aantal grote vennen: Keienhurk, Berkven, Wit Holland Ven, Scherpven, en Kromven. Deze vennen zijn rijk aan watervogels en steltlopers, zoals Groenpootruiter en Zwarte ruiter, en er komen 24 soorten libellen voor, waaronder de zeldzame Kempense heidelibel en de Gevlekte witsnuitlibel. De flora kenmerkt zich door Klokjesgentiaan, Oeverkruid en Moerashertshooi.

Vogels bij de vleet
De uitkijktoren biedt met een stahoogte van 4 meter een goed uitzicht over het noordelijk deel van de Landschotse Heide. De komende weken zijn met een beetje geluk hier nog grote zilverreigers te zien. Deze statige vogels zijn wintergasten en vliegen binnenkort weer uit naar hun broedgebieden in binnen- en buitenland. Dat geldt niet voor watervogels als kuifeend, wilde eend, fuut en dodaars, die hier blijven om te broeden. Opvallende zangvogels van de heide zijn geelgors en roodborsttapuit. Op dit moment doen, op hun doortrek naar het Noorden, grote aantallen steltlopers de vennen aan: onder meer regenwulp, groenpootruiter en kievit.

Rolstoelpad
Brabants Landschap heeft met Waterschap De Dommel en de gemeenten Oirschot en Eersel een rolstoelpad gerealiseerd. Hiermee is een initiatief van Frans van Maasakkers en Kees de Jong gerealiseerd. De komende tijd plaatst Brabants Landschap ook nog enkele informatiepanelen. En de parkeervoorziening wordt verbeterd. Het natuurgebied is het best bereikbaar vanaf de parkeerplaats aan het Kromven, bereikbaar via de Westelbeersedijk.

Vogelsoorten: Blauwe Reiger, Boomleeuwerik, Gaai, Geelgors, Goudhaan, Grote Bonte Specht, Grote Canadese Gans, Grote Lijster, Grote Zilverreiger, Kievit, Klapekster, Koolmees, Kramsvogel, Kuifmees Nijlgans, Vink, Wilde Eend en Zwarte Ooievaar.

Kijktoren aan het Wit Hollandven

Moergestel: Kijktoren Reuselhoeve

De Reuselhoeve in Moergestel begon als Kanoboerderij maar is uitgegroeid tot een buitenplaats aan de Reusel voor allerlei recreatieve mogelijkheden in de natuur. Recreatief op het water, avontuurlijk hoog in de lucht, sportief in de Beweegtuin, of ontspannen op het terras. De Reuselhoeve ontwikkelt nieuwe innovatieve recreatiemogelijkheden voor verschillende doelgroepen met altijd een nauwe wisselwerking met de prachtige natuur.

 Uitkijktoren Reuselhoeve tussen Biest-Houtakker en Moergestel

 Het nieuwste project van de Reuselhoeve is een 15 meter hoge uitkijktoren met op het hoogste platform een afgesloten binnenruimte van 20 m2 van waaruit je de prachtige omgeving kunt bewonderen. Tegelijkertijd genietend van een filmpje over het nieuwe natuurgebied de Hilver. Je kunt natuurlijk ook buitenom lopen de frisse lucht opsnuiven.

 De ruimte is eveneens geschikt voor vergaderingen, workshops etc. Door een ‘luie’ trap en rustplateaus is de toren makkelijk toegankelijk voor wat oudere bezoekers.

 Vanuit de uitkijktoren loopt een tokkelbaan van 120 meter die uitkomt in het klim-slim parcours. Bezoekers kunnen ervoor kiezen deze tokkelbaan apart af te gaan, dus los van het klim-slim parcours.

 Naast het project ‘natuursprong’, een natuurlijk speelstrand aan de Reusel met een tipitent in samenwerking met Staatsbosbeheer en de grootste ‘beweegtuin voor senioren’ van Brabant, vormt de toren een nieuwe recreatievoorziening bij de Reuselhoeve.

 Maar er is nog meer! ‘Biowalking’ is een initiatief samen met IVN en het Elisabeth Ziekenhuis voor mensen met diabetes type 2. Na een korte uitleg over het effect van wandelen op de bloedsuikerspiegel trek je, begeleidt door een IVN-gids, een stukje de natuur in. Door het vooraf en achteraf meten van de bloedsuikerspiegel wordt dit effect duidelijk.

 Op 28 september opende eigenaar Guus Mulders de nieuwe uitkijktoren en het biowandelpad binnen zijn concept waar natuur, recreatie en spel samen komen. Het Huis van De Brabantse Kempen leverde een bijdrage aan de totstandkoming van nieuwe natuur bij de Reuselhoeve in combinatie met nieuwe recreatiemogelijkheden in dit landelijke gebied.


Neerpelt Belgie: Hageven-Dommel

Het 'Hageven' en de Dommel, een natuurgebied van 350 hectare. Het 'Hageven' dat ingeklemd is tussen het Belgische Lommel, Neerpelt, Hamont-Achel en het Nederlandse Bergeijk is een natuurgebied in het noorden van de Belgische provincie Limburg. Samen met het aangrenzende gebied 'De Plateaux' in het Nederlandse Bergeijk, provincie Noord-Brabant, is dit het internationale natuurgebied Plateaux-Hageven.

Kijkhut 'Hageven' - Neerpelt

Het Hageven ligt in de gemeenten Neerpelt, bij het dorp Grote Heide, en Lommel, bij het dorp Lommel Barrier. Het gebied van 350 hectare omvat (inlandse) duinen (rivierduinen) met droge en natte heide, vennen en rietland.

Het Hageven is als een mozaiek van verschillende soorten natuur:
De flanken en de toppen van de duinen zijn de droogste gronden van het gebied. Het zand verstuift nu niet meer zoals in vroegere tijden. Buntgras en Ruig Haarmos hebben het zand grotendeels gefixeerd. Met sommige beheersmaatregelen proberen we nu opnieuw open zandvlaktes te creëren, goed voor Graafwespen, Tapuit, Korstmossen en Zandloopkevers. Op de droge en natte zandgronden groeit de heide, maar lang niet zo massaal als de bezoeker zou verwachten van een heidereservaat. Grassen zoals Bochtige Smele en Pijpenstrootje eisen de meeste plaats op. Enkel doorgedreven begrazing door Galloway runderen en maaien kan deze grassen in toom houden. Zonder dit beheer zou er binnen decennia geen heide meer staan in het natuurgebied.

Natuurherstel
Vanaf 2006 werden enkele grootschalige beheerswerken uitgevoerd in kader van het Life project Dommeldal om de heide opnieuw meer kansen te geven. Grote oppervlakten zijn geplagd (wegnemen van de toplaag) met als resultaat een kale, voedselarme bodem waarop de heide opnieuw kan kiemen. Vlindersoorten als de Heivlinder en het Heideblauwtje profiteren van deze uitbreiding in oppervlakte. Ook botanisch interessante soorten van de natte heide kunnen zo hun kans grijpen: Beenbreek, Snavelbies, Klokjesgentiaan en het Gentiaanblauwtje en Zonnedauw. Als eerste teken van verbossing vind je in het Hageven Gagel. Het bloeit in het voorjaar met de donkerrode opvallend aangenaam geurende katjes. Het Gageleerbier dat u in de Wulp kunt consumeren, heeft dit als ingrediënt i.p.v. Hop.

Bossen zijn in het Hageven schaars. 200 meter oostelijk van de Verkeerde Lieve Heer ligt nog een laatste restant van een bebossingpoging rond 1890. Een perceel met krom gegroeide Grove Den. Op enkele kleinere plekken groeit een broekbos met vooral Wilgen en Elzen. Her en der staan knoestige Berken en Dennen, die het uitgestrekte landschap een wat verweerde indruk geven. In de winter kan je hier soms de Klapekster terugvinden.

Typisch voor het Hageven zijn de talrijke vennen. Het Life-project maakt het financieel mogelijk om een aantal vroeger drooggelegde vennen opnieuw aan te leggen. Dit gebeurde op basis van oude luchtfoto's. Van dit venherstel zullen vele libellensoorten profiteren. In het Hageven Plateaux vind je Kempense Heidelibel, Bandheidelibel, Beekoeverlibel en Bronlibel terug.

Het gebied wordt beheerd door de Vlaamse natuurbeschermingsvereniging Natuurpunt. Bij Grote Heide bevindt zich in het dal van de Dommel het Bezoekerscentrum De Wulp van Natuurpunt. De heiden worden begraasd door Galloway-runderen. 'De Plateaux' wordt beheerd door het Brabants Landschap.

Kijkhut 'De Dommel' - Neerpelt

In de jaren 50 van de vorige eeuw werd de Dommel rechtgetrokken, om de waterafvoer te versnellen en zo landbouw mogelijk te maken tot tegen de rivieroever. Het volledige gebied droogde hierdoor uit zodat de moerassige kern van het Hageven veel kleiner werd. Deze foute ingreep uit vroeger tijden is nu gedeeltelijk hersteld. In 2008 werden 10 meanders uitgegraven.

Het water blijft zo langer opgehouden in het natuurreservaat, zodat het opnieuw natter blijft, wat de kwaliteit van de natuur verhoogt en de Dommel zelf als biotoop voor vis, planten en macrofauna ook verbetert. Ook landschappelijk is het een hele verbetering. De wandelaar ziet nu een rivier zoals ze er eigenlijk moet uitzien: kronkelend in lange lussen.

Vogelsoorten: Boomklever, Buizerd, Fuut, Gaai, Grote Bonte Specht, Grote Zilverreiger, Kievit, Kuifmees, Matkop, Merel, Sijs, Tjiftjaf, Veldleeuwerik, Zwarte Specht, Veldleeuwerik.

Markeerpunt: kijkhut 'Hageven'

Markeerpunt: kijkhut 'De Dommel'

Parkeren kan bij Bezoekerscentrum De Wulp. Het bezoekerscentrum is elke woensdag open van 13;00 tot 17;00 uur, elke zaterdag en zondag van 14.00 tot 18.00 uur. Buiten de uren open voor groepen op aanvraag. Het boekje Hageven (te koop in de Wulp voor 4 €) geeft een volledige beschrijving van het volledige natuurgebied. Omdat het Hageven zo'n belangrijk en groot gebied is wordt het beheer gedaan door meerdere conservatoren.

Meer informatie: www.natuurpuntneerpelt.be

Oudega: Romsicht - Alde Feanen

De toren is 13 meter hoge uitkijktoren Romsicht in het natuurgebied Alde Feanen, nabij het Friese Oudega, Gem Smallingerland biedt hiermee een prachtig uitzicht over de Jan Durkspolder en de Alde Feanen.
 

Het rieten dak is bedekt met riet dat in de polder zelf gewonnen is en het houten onderstel is van Europees FSC gekeurd eikenhout. De toren is gebouwd op het fundament van een boerderij, genaamd “Romsicht”, die in 1967 werd afgebroken. De plannen voor realisatie van dit uitzichtpunt waren er al lang, maar na een schenking van de Hedwig Carolinastichting kon begonnen worden met de bouw.

Om bij de uitkijktoren te komen kunt U de auto parkeren bij bezoekerscentrum De Alde Feanen aan de Koaidyk 8a, te Earnewâld. Loop vervolgens de parkeerplaats af, terug naar de Koaidyk. Bij de t-splitsing steekt u over naar een schelpenpaadje. (Aan uw linkerhand vindt u Camping It Wiid). Blijf dit schelpenpad volgen en op een gegeven moment ziet u recht voor u de uitkijktoren. (Links van de Headamsleat).

Vogelsoorten: Blauwe Kiekendief, Blauwe Reiger, Boomkruiper, Fuut, Grote Bonte Specht, Grote Zilverreiger, Heggenmus, Koolmees, Kuifeend, Merel, Pijlstaart, Roodborst, Scholekster, Slobeend, Tafeleend, Tureluur, Winterkoning en de Wintertaling.


Oud-Heverlee België: Dode Bemde

In de Doode Bemde neemt de natuurlijk meanderende Dijle je op sleeptouw. Hier gaan natuurbescherming en beveiliging tegen wateroverlast hand in hand. De Doode Bemde telt meer dan 250 hectaren grond en bestaat uit een mozaïek van kleine akkers, populieraanplantingen en broekbosjes, wei- en hooilanden, ruigten en rietvelden, vijvers en grachten. Ontdek de pracht van dit natuurgebied in de Dijlevallei en ga op zoek naar de bever.

Kijkhut Grote Bron aan de Langerodevijver

Kijkhut Roerdomp aan de Kliniekvijvers

In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, is de Doode Bemde geen doods natuurgebied. 'Doode beemden' betekent zoveel als onbruikbare graslanden. Het gebied mag dan voor de landbouw te vochtig en van weinig nut geweest zijn, landschappelijk en qua natuurwaarden is het rijk en uniek gebleven. Water speelde altijd al een belangrijke rol in de Doode Bemde, want overstromingen horen bij de natuurlijke processen van rivieren zoals de Dijle. Sinds 1989 zorgt de overheid ervoor dat de Dijle vrij kan meanderen. Zo blijven de voeten van de Leuvenaars droog bij hevige regenval.

Meer dan dertig jaar geleden kocht Natuurpunt de eerste percelen aan, om de natuurlijke biodiversiteit te herstellen. De Doode Bemde, al meer dan 250 hectare, wordt beheerd door de Vrienden van Heverleebos en Meerdalwoud. Wegens zijn uitzonderlijke natuurwaarde maakt de Doode Bemde deel uit van het Europese netwerk Natura 2000. Een ander groot deel van de Dijlevallei tussen Leuven en de taalgrens wordt door het Agentschap voor Natuur en Bos beheerd.

Toegankelijkheid
Het hele jaar door toegankelijk op de paden. Er zijn twee korte wandelingen mogelijk in het natuurgebied zelf. Als je een lange wandeling van 16 km wil, vertrek dan aan NMBS-station Leuven en volg de Dijlevallei tot het NMBS-station Sint-Joris-Weert.


Locatie kijkhut Grote Bron aan de Langerodevijver


Kijkhut Roerdomp aan de Kliniekvijvers